Technieken bij leesbevordering

Wanneer kinderen plezier hebben in het lezen, heeft dit een positief effect op hun leesvaardigheid. Er zijn veel manieren waarop aan leesbevordering gewerkt kan worden. Hieronder worden de volgende mogelijkheden besproken:

  1. Voorlezen.
  2. Boekpromotie d.m.v. boekpresentatie en boekbespreking.
  3. Inrichten van een aantrekkelijke leeshoek in de klas.
  4. Dagelijks de gelegenheid geven tot vrij lezen in de leukste kinderboeken.
  5. Praten over boeken in de klas.
  6. Meedoen aan landelijke activiteiten rond boekpromotie.
  7. Gebruik maken van boekpromotie sites op internet.
  8. Inzetten van een methodische aanpak van leesbevordering.

1. Voorlezen

Uit een onderzoek is gebleken dat aan veel kinderen tot en met 12 jaar niet meer regelmatig wordt voorgelezen. Voorlezen wordt vaak incidenteel gedaan, en dan voornamelijk bij de kleuters. Terwijl opvoeders (ouder, leerkrachten, bibliotheekpersoneel) voorlezen wel belangrijk vinden. Waarom is voorlezen zo belangrijk?

Het overbrugt de kloof tussen wat kinderen graag zouden willen lezen en wat ze kunnen lezen. Het wekt de belangstelling van de leerlingen op voor jeugdliteratuur. Kinderen ontdekken welke boeken leuk zijn om te lezen en welke schrijvers de moeite waard zijn om te lezen.

Wanneer de leerkracht een boek heeft voorgelezen, willen de kinderen het boek vaak zelf ook zelf lezen. Het bevordert de rust in de groep en het heeft een ontspannende, sociale (saamhorigheidsgevoel) en soms amuserende of troostende functie. Het vergroot de algemene ontwikkeling. Kinderen maken kennis met andere gewoonten en leefomstandigheden dan die van henzelf. Het versterkt het taalgevoel en het vergroot de woordenschat van de leerlingen.

Kinderen maken kennis met verschillende genres verhalen en ontdekken dat verhalen een verschillende opbouw kunnen hebben.

2. Boekpromotie d.m.v. boekpresentatie en boekbespreking

Kinderboeken presenteren is nog niet zo eenvoudig. De bedoeling van een presentatie is dat de leerlingen enthousiast worden voor het boek en nieuwsgierig worden en het graag zelf willen lezen. Belangrijk is om de leerlingen het boek te laten zien, de achterflap met de korte inhoud voor te lezen en eventueel een pakkende passage uit het boek. Nog leuker wordt het echter, wanneer de leerkracht een voorwerp meeneemt dat een belangrijke rol speelt in het boek en aan de leerlingen vraagt wat dat voorwerp met het boek te maken heeft. Je kunt een boekbespreking ook langzaam opbouwen.

De eerste dag wordt het boek getoond en de illustraties samen bekeken. De leerlingen vertellen waar zij denken dat het boek over zal gaan. De leerkracht schrijft dit op het bord. De tweede dag leest de leerkracht de achterflap voor en neemt een belangrijk voorwerp mee dat bij het boek hoort. Weer bespreken de leerlingen waar het boek over zal gaan. De leerkracht schrijft ook deze ideeën weer op het bord.

De derde dag leest de leerkracht een spannend stukje uit het boek voor en vertelt wat van de schrijver. De leerlingen krijgen nu een laatste kans om hun verwachtingen te vertellen. Er wordt een intekenlijst klaargelegd voor leerlingen die het boek graag zouden willen lezen.

Wanneer een aantal leerlingen het boek gelezen hebben, mogen zij vertellen of de verwachtingen van de klas kloppen met het werkelijke verhaal. Ook leerlingen kunnen boeiend vertellen over de boeken die ze gelezen hebben en andere kinderen uit de groep nieuwsgierig maken en motiveren om het boek ook te lezen. Eén van de mogelijkheden is de leerlingen één of twee keer per jaar een zogenaamde boekenspreekbeurt te laten houden. Natuurlijk wordt deze spreekbeurt goed voorbereid en zorgt de leerkracht dat daarvoor voldoende tijd wordt ingepland. Een andere mogelijkheid is meerdere keren per week enkele leerlingen kort over een leuk of spannend boek te laten vertellen.

3. Inrichten van een aantrekkelijke leeshoek in de klas

Richt in de klas een aantrekkelijke leeshoek in. Daar kunnen verhalende boeken in staan, maar ook informatieve boeken en tijdschriften. Ook stripboeken mogen niet ontbreken. Voor iedere leerling moet er wat wils zijn.

De boekenhoek of leeshoek kan op een aantrekkelijke manier aangekleed worden door posters over boeken of door een vitrinekast met (nieuwe) boeken met daarbij horende platen of voorwerpen. De leerlingen kunnen ook zelf posters maken, door een kleurenkopie te maken van de kaft van een boek en deze op te plakken op een groot gekleurd vel papier. Daarbij kunnen de hoofdfiguren uit het boek getekend worden of stukken uit de tekst worden opgeschreven. Hierdoor worden andere leerlingen weer nieuwsgierig naar de inhoud van het boek. In de boekenhoek kan ook een schrift gelegd worden waarin de leerlingen op kunnen schrijven over welk boek zij wel eens met een andere leerling zouden willen praten. Andere leerlingen schrijven hun naam daaronder. Zij tekenen als het ware daarop in en zo ontstaat er een gespreksgroepje.

Op één dag in de week geeft de leerkracht gelegenheid om samen over boeken te praten. Er kan ook een tipschrift gemaakt worden, waarin leerlingen op mogen schrijven waarom zij een boek leuk of spannend vinden. Zij schrijven erbij welke klasgenootjes dat boek waarschijnlijk ook heel mooi zullen vinden. De andere leerlingen kunnen daarin zoeken naar boeken die zij kunnen kiezen om te lezen. Als zij het boek hebben gelezen, kunnen zij hun mening op de bladzijde erbij schrijven.

4. Dagelijks de gelegenheid geven tot vrij lezen in de leukste kinderboeken

Zoals eerder beschreven is niets zo motiverend voor het leesplezier als het lezen in mooie, spannende en boeiende boeken. Het is dan niet voldoende om leerlingen te stimuleren om te gaan lezen wanneer ze klaar zijn met hun werk, zoals nog veelal in de praktijk gebeurt. Op die manier zijn het vaak dezelfde leerlingen die toekomen aan het vrij lezen, terwijl er een groep leerlingen bijna nooit aan toekomt. Dit zijn de trage of niet zo sterke leerlingen. Het zijn vaak juist deze leerlingen, die de leerkracht wil motiveren voor het lezen in mooie boeken. Regelmatig staat één keer in de week een half uur of drie kwartier vrij lezen op het rooster. Maar voor de zwakke lezers is dit vaak te lang om geboeid te blijven lezen. Iedere dag op een vast tijdstip een kwartiertje lezen is al voldoende om leerlingen kennis te laten maken met heel veel kinderboeken. Zorg dan wel voor absolute leesrust, zodat de leerlingen ook werkelijk kunnen wegdromen in het verhaal.

5. Praten over boeken in de klas

Geef regelmatig de gelegenheid om met elkaar te praten over boeken die de leerlingen hebben gelezen. Dat kan door bijvoorbeeld een thema centraal te stellen of een schrijver. De ene keer gaat het gesprek over spannende boeken. De volgende keer over boeken die over problemen gaan die de leerlingen tegen kunnen komen, zoals pesten of ziek zijn of iemand in de familie die is overleden. Maar het kan ook gaan over gewone onderwerpen zoals boeken over dieren(paarden), hobby’s (zwemmen/ voetbal), vakantie en avonturen in verre landen. Er kunnen ook verschillende genres aan de orde komen zoals prentenboeken, boeken met gedichten, boeken die in het verleden of boeken die in de toekomst spelen, griezelboeken en detectives, oorlogsboeken en zelfs verhalen over verliefd zijn. Tenslotte,  kunnen serieboeken worden besproken. Leerlingen lezen die graag. Ze hoeven niet telkens kennis te maken met nieuwe hoofdfiguren en zijn vaak nieuwsgierig naar wat hun held nu weer zal beleven.

Het grote voordeel van het samen praten over boeken is dat leerlingen veel ideeën krijgen over boeken die zij graag zouden willen lezen. Maar ook krijgen zij de gelegenheid om te verwoorden wat hen aanspreekt in een boek. Ze praten over gevoelens, voorkeuren en meningen. Voor het spreken en luisteren, kun je bijna geen betere activiteit bedenken.

6. Meedoen aan landelijke activiteiten rond boekpromotie

Er worden verschillende landelijke activiteiten rondom leesbevordering georganiseerd. Enkele voorbeelden zijn:

  • Het Kinderboekenfestival; een groot feest rondom boeken en een thema, dat in verschillende districten wordt uitgevoerd.
  • De Boekenboot; speciaal voor de scholen in het Boven-Suriname gebied. Er worden regelmatig speciaal geselecteerde boeken in metalen koffers langs gebracht.
  • De krant in de klas; een speciale krant die is samengesteld voor kinderen en hun opvoeders wordt naar de scholen gedistribueerd. Onderwerpen kunnen in de klas worden besproken en leerlingen kunnen invulling geven aan rubrieken.
  • De Nationale Voorlees Kampioenschappen; wie is de beste voorlezer van een klas, de school, een regio, een district of Suriname? Elke leerlingen kan meedoen en elke school kan zijn eigen kampioen(en) hebben.

7. Gebruik maken van boekpromotie sites op internet

Er zijn veel website van kinderboekenschrijvers. Dit is erg handig voor de leerkracht die aan de leerlingen meer informatie wil geven over de schrijver van een boek waarover hij of zij iets wil vertellen. Maar voor de leerlingen is het ook leuk om iets meer te weten te komen over de schrijver van het boek dat hij heeft gelezen of wil gaan lezen. Zie verder ook de sites over voorlezen en leesmethoden (zie bijlage).

8. Gebruik maken van een methodische aanpak van leesbevordering

De school maakt bij voorkeur beleid op het gebied van de leesbevordering. Dit kan door het opstellen van een (school) leesplan. Een (school) leesplan zorgt er voor dat de vrijblijvendheid van leesbeleving en leesplezier wordt omgezet in een strategische en gestructureerde benadering van het lezen. De school kan bij het opstellen van een schoolleesplan gebruik maken van de kennis en de ervaring van het Nucleuscentrum.

Elk van de bovenstaande manieren kan weer onderverdeeld worden. Bijv. bij voorlezen hoort interactief voorlezen, tutorlezen. Het is belangrijk om een methode of werkwijze te kiezen dat past bij de doelen die je wilt bereiken en de groep leerlingen waarmee je bezig bent. Ook zijn er zoveel andere manieren om leuk en creatief bezig te zijn. Ga zelf op onderzoek uit of bedenk zelf een leuk idee.

Bij leesbevordering staat het plezier centraal; het moet leuk zijn voor iedereen!

Delen

Abonneren

Geef je email adres op om je te abonneren op nieuwe updates op onze website.


Copyright © 2024 de Nationale Stichting Kinderboekenfestival Suriname (KBF). Alle rechten voorbehouden.